Achillea millefolium
Duizendblad
Overzicht Achillea millefolium op deze site
Foto's Achillea millefolium op internet
Achillea millefolium bij Kurt Stueber Gruppe Max Planck IZ
Achillea millefolium in Plantago PlantIndex |
Achillea Millefolium - Gemeen Duizend-Blad
Verscheidenheden.
1) Met paarsche en vleeschkleurige Bloemen. 2) Met harige en bijna grijze bladen.
Groeiplaatsen.
Op Weiden en Velden en langs de Wegen, in onderscheide soorten van Gronden.
Eene der meest algemeene Planten door geheel Holland.
De verscheidenheid met paarsche bij die met witte Bloemen, maar veel minder algemeen. De tweede verscheidenheid treft men mede alhier aan.
Kragt en Geneeskundig Gebruik.
Deze plant heeft eenen zacht zamentrekkenden, bitteren smaak, en daarbij ook eenen geurigen reuk, die zich vooral aan de bloemen laat bespeuren; men kan dan ook uit dezelve door destillatie eene wezenlijke olie verkrijgen.Eertijds werd deze plant veelvuldig als een heilzaam wondkruid, en als een voortreffelijk zamentrekkend en krampstillend geneesmiddel geprezen, onder anderen door Stahl en Hoffman, en men gebruikte dezelve met een gunstig gevolg in onderscheidene bloedvloeijingen, die van krampen vergezeld waren. Doch tegenwoordig maakt men er naauwlijks meer eenig gebruik van. — Voeglijkst kan men dezelve toedienen in een aftreksel gelijk thee.
Huishoudelijk Gebruik.
In het stukje van Mund vom unkraute, wordt verzekerd, dat Duitsche Landlieden de bladen dezer plant met het beste gevolg als thee aftrekken. In het Hamburger Magazin, aangehaald door Mattuschka, in zijne flor. Sil.(*) heeft Schulze aangetoond, op hoedanige wijze uit deze plant Kamfer kan bereid worden. — Volgens verhaal van Plinius, heeft Achilles den gewonden Telephus met het duizendblad genezen, waarvan de geslachtsnaam Achillea ontleend is. In Rusland weet men de bladen met koornwijn verscheidene over te halen en er een sterken drank uit te bereiden. (Houttuyn). De plant onder de Hop in het bier gedaan, geeft daar aan een bedwelmend vermogen. — Dezelve wordt door Paarden, Schapen en Varkens gegeten, en door Runderen en Geiten somwijlen geweigerd. (Pan Suec.) Schreber en St. Van Geuns geven dit gewas op als een aangenaam voeder voor het Vee, maar vooral voor Schapen, en prijzen het zeer aan, om er kunstweiden van aanteleggen op schrale zandgronden en andere onvruchtbare plaatsen. — Door wortel en zaad sterk vermenigvuldigende is het op den akker en in tuinen een lastig onkruid. Die met paarsche bloemen in tuinen overgebragt, behouden niet altoos, volgens Miller, hunne kleur.
<< Noot Luc: (*) flor. Sil.: "Flora silesiaca oder Verzeichniß der in Schlesien wildwachsenden Pflanzen", door Heinrich Gottfried Graf von Mattuschka, in 2 delen, Breslau und Leipzig 1776-1777.>>
|